Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En gijlieden naderdet en stondt beneden dien berg; (die berg nu brandde van vuur, tot aan het [9]midden des hemels; er was duisternis, wolken en donkerheid). 9. Hebreeuws, tot aan het hart des hemels; dat is, midden in de lucht. Alzo in het hart van de zee, Ex.15:8; Spreuk.23:34, en Spreuk.30:19; idem, in het hart van den eik, 2 Sam.18:14; in het hart der aarde, Matth.12:40.